spelen aan de pokertafel

Wie zijn je tegenstanders?

Zoek een tafel die niet helemaal vol zit zodat je kunt kiezen naast wie je gaat zitten. Kijk eerst een tijdje hoe iedereen speelt, weet wie je tegenstanders zijn. Zorg ervoor dat je weet wie ‘tight’ speelt, wie agressief speelt en wie speelt als een krant (slecht dus). Weet ook wie wat doet, zoals bijvoorbeeld een ‘checkraise’, ‘slow play’, ‘bluf’ of een ‘semi-bluf’.

Waar zitten de beste pokerspelers?

Als allereerst moet je bepalen of deze spelers beter zijn dan jij. Vermijdt tafels waar veel ‘pre-flop’ en na de ‘flop’ verhoogd wordt. Ook als het ernaar uitziet dat 1 of 2 spelers een paar sukkels aan het leegkloppen zijn wil je hier niet gaan zitten. Erg agressieve spelers kunnen ook ellende betekenen. Zorg dat je als beginnend of medium speler hier niet tussen komt te zitten.

In één zin, zorg ervoor dat je links naast een ‘tight player’ zit en rechts van een ‘loose player’.

Hieronder leg ik uit waarom:

Met een ‘loose player’ rechts van je kan altijd zien wat hij doet voordat jij aan de beurt bent. Je kan de ‘blinds’ makkelijker stelen van de ‘tight players’ die links van je zitten. Met ‘loose’ en misschien zelfs wild spelende spelers rechts van je kun je hun inzet ‘raisen’ of ‘re-raisen’ om de middelmatige en ‘draw’ handen eruit te krijgen. De ‘tight players’ zullen je eerder met je meegaan dan dat ze je verhogen zelfs als ze een behoorlijke hand hebben.

Buit je voordeel uit

Je kan ze makkelijker laten geloven dat jij de ‘nuts’ hebt en je zorgt er daarmee voor dat je meer gratis kaarten krijgt te zien ondanks dat ze een positioneel voordeel hebben. De ‘bankrolls’ van de ‘tight players’ gaan over het algemeen langzaam omlaag en gaan in middelmatige en grote stappen omhoog. ‘Loose players’ hebben grotere ‘swings’ in hun ‘bankroll’. Geld gaat over het algemeen met de klok mee en als een ‘loose player’ een negatieve swing maakt heb je ten opzichte van hem een positioneel voordeel.